Recensie over 'Berlin Avenue'
Anekdotisch
Aan de stroom boeken rond het thema die ons de afgelopen jaren overspoelde te zien moet er een honderdtal jaar geleden één of andere oorlog gevoerd zijn in onze contreien. Makkelijk zat om op de herdenkingstrein te springen. Verschil in kwaliteit is er altijd maar eens de commerciële molen in gang gezet is dreigt het spoelwater extreem dun te worden. Marcel Rouffa (De familie Klipper, Asem, Camping Paraiso, Twinstar, etc.) voegt met ‘Berlin Avenue’ nog een boek toe aan het rijtje.
In het geval van Rouffa is dat echter geen gratuite zet. In een verhelderend postscriptum licht hij toe hoe WOI steeds een deel uitgemaakt heeft van zijn leven en dus ook van zijn artistieke productie. Het is bijgevolg geen wonder dat dit boek goed gedocumenteerd is en comfortabel aan de kop van het peloton rijdt.
Rouffa haalt in dat afsluitende dossier zijn bronnen aan en op welke wijze hij die gebruikt heeft. Die onderlegde manier van werken werpt zijn vruchten af voor de geloofwaardigheid van het verhaal. Namen, plaatsen, gebruiken en anekdotes uit de realiteit wisselen elkaar af en bieden de lezer een extra dimensie naast simpel vertier.
‘Vertier’ is wellicht een verkeerd gekozen woord wanneer men spreekt over een slachtpartij van deze omvang, maar er valt moeilijk omheen te fietsen aangezien ‘Berlin Avenue’, naast het historische kader, ook een aangename leeservaring biedt.
Het boek volgt de exploten van onderluitenant Blunt en de mannen die samen met hem afzien in de loopgraven aan het Belgische front. ‘Berlin Avenue’ kent niet echt een opbouw met begin, midden en einde, maar bestaat uit korte verhalen en anekdotes. Die aanpak maakt het boek echter niet minder spannend gezien vrijwel elk van die korte snapshots een meeslepende spanningsboog heeft. De bloedstollende terreur van het front wordt de lezer niet gespaard.
Gelukkig balanceert Rouffa de horror met zwarte humor. Of nog correcter: het zijn de frontsoldaten die dat doen. Hoe uitzichtloos hun situatie ook wordt, de soldaten blijven zichzelf en hun wapenbroeders opbeuren met cynische uithalen aan het adres van de dood, de vijand of de politiek die hun in deze positie gemanoeuvreerd heeft. Rouffa vult aan met citaten uit liedjes en gedichten, die soms niet minder grappig zijn en schildert zo een nagenoeg compleet beeld van de ontberingen van WOI, maar evengoed van de moed en de camaraderie.
Rouffa hanteert een zeer afgelijnde stijl met dunne lijnen en vrij lichte kleuren. (Hoewel bruin uiteraard prevaleert.) De filmische opzet van zijn pagina’s incorporeert weidse shots van het slagveld en wisselt die af met claustrofobische close-ups in de modderige loopgraven. Meer nog dan in ‘Camping Paraiso’ evoceert Rouffa de stijl van de onlangs heengegane Steve Dillon. Een groot compliment, dat nog groeit in omvang aangezien ik durf betwijfelen of Rouffa het werk van Dillon ooit al onder ogen gekregen heeft.
‘Berlin Avenue’ documenteert WOI vanuit het standpunt van de gewone soldaat, blijft ver weg van elk cliché en slaagt erin te informeren en te entertainen en verdient bijgevolg een ereplaats in ieders boekenkast.
Berlin Avenue – Op het ritme van het trommelvuur
Marcel Rouffa
Gorilla (Strip2000)
Zie ook www.petermoerenhout.be
Zie ook: Striprecensies