top of page
Featured Review

Over tijd en tijdelijkheid


Foto: Sylvia Crawford

Het is een oud twistpunt onder inrichters van kunstmusea: moet het tentoongestelde werk vooral voor zich spreken, of moet de bezoeker gevoed worden met extra informatie die de waarneming stuurt? Het is een discussie die raakt aan het debat over biografische context bij het duiden van iemands oeuvre: is dergelijke context een vorm van ballast die de puurheid van het ervaren bederft of verdiept het vernemen over de achtergronden van een uiting juist de ervaring?

Deze foto werd gemaakt in museum Voorlinden, bij de tentoonstelling ‘De tussentijd’. We zien een tafel met wekkers. Zonder kennis van de drijfveren van de kunstenaar, NEOC (pseudoniem van Coen Kamp), interpreteerde ik deze opstelling als een vorm van nostalgisch mijmeren over tijdelijkheid, waarbij de modellen van de wekkers staan voor de esthetiek van een net voorbij tijdperk.

Het gidsje dat bij de tentoonstelling hoort, maakt echter gewag van het volgende: ‘De tikkende wekkers staan voor de periode waarin hij [de kunstenaar] in grote onzekerheid wachtte op de doktersuitslag over zijn toekomst.’ NEOC blijkt in 2010 te zijn overleden en heeft zijn installatie niet meer opgesteld gezien. Deze informatie had ik niet willen missen, mijn eerste interpretatie was onjuist. Hier is eerder sprake van een soort radeloosheid dan van nostalgie. Wanneer we de context van een schepping negeren, kunnen we een kunstwerk vaak niet werkelijk begrijpen. De bedoeling van de schepper, het verhaal dat hij of zij wil vertellen, is belangrijk. Dat neemt niet weg dat het opgaan in de sfeer of het mysterie van een kunstwerk ook zijn charme heeft. De ongeïnformeerde waarnemer hercontextualiseert en dat kan heel bevredigend zijn. Uiteindelijk beklijven beelden het meest als je iets van de bedoeling erachter begrijpt, maar je ze ook kunt toe-eigenen en een nieuwe betekenis kunt geven.

Zie ook: Beeldcolumns

Tag Cloud
bottom of page
<