top of page
Featured Review

Het Zuiderzeemuseum

Een tijdreis door een pittoreske wereld

Olivier Rieter



Fransen, zo wil het cliché, zijn vooral geïnteresseerd in de cultuur van hun eigen land. Wat daarbuiten gebeurt, boeit hen minder. Op belangstelling voor of kennis van zoiets als Nederland zijn ze al helemaal niet te betrappen (zo las ik ooit een interview met een Franse professor die dacht dat Nederland bij Scandinavië hoorde). Of er een waarheid schuilgaat achter het genoemde cliché weet ik niet. Feit is dat de negentiende-eeuwse Franse journalist en kunsthistoricus Henry Havard er niet aan beantwoordt. In 1873 reisde Havard met een tjalk door het Zuiderzeegebied en hij schreef daar een boek over dat in het Nederlands werd vertaald als ‘Pittoreske reis langs de dode steden van de Zuiderzee.’ Een van deze ‘dode steden’ was Enkhuizen, waar tegenwoordig het Zuiderzeemuseum is gevestigd.

Dit museum toont de bezoeker een visie op het verleden van het Zuiderzeegebied rond 1900. In wat volgt bespreek ik de indrukken die ik in het museum opdeed mede aan de hand van het begrip ‘het pittoreske’ dat zo prominent naar voren komt in de titel van Havards boek.






Het pittoreske

Allereerst iets over de definitie van het begrip 'pitoresk'. De architect Sidney K. Robinson schreef er een boek over. Uit zijn tekst distilleer ik de volgende omschrijving van het fenomeen: bij het pittoreske gaat het om het tonen van charmante grilligheid, die noch gestroomlijnd noch groots of subliem is. Een pittoresk decor of landschap biedt toegankelijke visualiteit, niet moeilijk om te waarderen of te doorgronden voor een ongeschoold oog. Het gaat erbij niet om visionaire vergezichten of ‘hoge’ kunstzinnigheid, maar om de schoonheid van de ansichtkaart, waarbij natuur en cultuur in een niet-formele, niet symmetrische, niet-‘saaie’ en wel speelse compositie samenkomen.

In het museum zien we kronkelige straatjes, niet geasfalteerd, met ouderwets bedakpande huizen en lantaarnpalen die een gevoel van ‘vroeger’ oproepen.






De wandelaar raakt al snel geïntrigeerd door de charme van wat hij of zij ziet. De mooie (veelal bewust geschapen) grilligheid die centraal staat bij het begrip 'pittoresk' komt sterk naar voren in de

weggetjes in het buitenmuseum waar je op ontdekkingstocht kunt gaan. Wat je kunt ontdekken is in zekere zin geregisseerd door de inrichters van het terrein, alles wat niet zou bijdragen aan het 1900-gevoel is weggelaten. Door deze selectie wordt er nostalgie overgedragen, omdat storende elementen uit de totaalervaring zijn weggefilterd, zoals ook bij nostalgie geschiedt. Op nostalgie kom ik nog terug.

De stad en haven van Enkhuizen als onderdeel van de museumervaring

Wie de locatie bezoekt maakt eerst een bootreisje van de ingang van het museum naar het buitenterrein. Waar in veel plaatsen een museum een onderdeel is van het stadslandschap, lijkt in het Zuiderzeemuseum het omgekeerde het geval te zijn; hier zijn de stad en de haven onderdeel van het museum.





Op de locatie wordt het verhaal van de voormalige Zuiderzee (nu IJsselmeer) verteld. Authentieke woningen en interieurs uit heel het Zuiderzeegebied zijn in de loop van de tijd verworven en in een nieuwe context geplaatst. Zo wordt met de realiteit van een vissersplaatsje aan het begin van de twintigste eeuw actief geconstrueerd, eerder dan gereconstrueerd. Deze locatie is dus zowel authentiek als gecreëerd, vergelijkbaar met wat in het Arnhemse Openluchtmuseum geschiedt. In Enkhuizen wordt echter een coherenter verhaal verteld doordat men zich concentreert op een bepaalde periode en een begrensder gebied (dan heel Nederland).

Het dagelijks leven

Niet alle bezoekers kunnen wat zij zien goed duiden. In een uitspanning op het terrein waar mijn reisgezelschap wat dronk, had iemand aan het naastgelegen tafeltje het erover dat in de Gouden Eeuw het leven eigenlijk heel hard was. Dat de Gouden Eeuw zich drie eeuwen eerder afspeelde dan de periode waarnaar in het museum wordt verwezen, leek hij niet te beseffen. Toch zit er een waarheid in wat hij zei. De opstellingen in Enkhuizen tonen geen opgeschoond verleden, maar laten iets zien van het karige leven destijds. De vrouw tegen wie de man aan het tafeltje naast ons sprak, antwoordde iets met de strekking dat ze wel begreep dat vrouwen vroeger geen tijd hadden om buitenshuis te werken, gezien de vele uren ambachtelijkheid die in huishoudelijke taken moesten worden gestoken.





Een overdreven geromantiseerd beeld van het leven van meer dan een eeuw geleden, biedt het museum dus niet. Toch gaat er van de rustieke taferelen een schoonheid uit. Ja, zo was het in 1900 echt, denken sommige bezoekers. Het was een misschien een harde tijd, maar ook minder complex en jachtig. Mensen waren nog meer bij elkaar betrokken en zouden elkaar gesteund hebben om het hoofd boven water te houden, terwijl in het heden een vooral 'ik-eerst' mentaliteit zou heersen. Dit is een nostalgische wijze om naar het verleden te kijken; misschien gaat het niet om een waarachtig beeld van de realiteit vroeger, maar het gevoel dat eruit spreekt is oprecht en moet niet met dedain behandeld worden, zoals sommige historici uit de bovenste kamers van de ivoren toren plegen te doen.




Gevels en interieurs

Dergelijke historici zouden er goed aan doen af te dalen uit deze toren en eens een kijkje te nemen in Enkhuizen, om eens aandacht te besteden aan het geconstrueerde verleden: wat roept een dergelijk dorpsgezicht eigenlijk bij hen op. Gevels zijn de façades van het vroegere. Ze vertellen hun eigen verhaal. Anders dan in veel meer authentieke stadsgezichten gaat het echter in het Zuiderzeemuseum om meer dan façades, de suggestie van ´verledenheid´ houdt niet op achter de voordeur. Waar ´oude´ huizen in echte steden en dorpen veelal een moderne binnenkant kennen, is dat in het museum niet zo. In die zin biedt de kunstmatige constructie die een museum per definitie is, een echtere of completere blik op vroeger dan bijvoorbeeld de steeds in ontwikkeling zijnde binnenstad van Amsterdam. Dergelijk erfgoed kent dynamiek, terwijl wat we in Enkhuizen waarnemen een momentopname is, in zekere zin wordt het verleden onder een stolp getoond, je kunt op deze locatie op tijdreis.




De interieurs van woonhuizen en winkelpanden roepen, meer nog dan de gevels, een gevoel van intimiteit op, ze bieden een blik op het leven in huiselijke kring en op de kleine commercialiteit die het dagelijks leven kleurde. Het gaat om impressies van het bestaan in een nooit meer te bereiken vroeger. De opstellingen zijn museaal en in die zin kunstmatig, maar ze hebben een zweem van authenticiteit, door de nauwgezette manier waarop alles in de nieuwe context geplaatst is. Zo wordt op kunstmatige manier een echt gevoel aangaande het verleden gecreëerd.



Commercie

De uitbeelding van de kleine commercie vormt misschien wel het meest intrigerende aspect van het museum. Juist door de opstellingen, de afwijkende koopwaar en het kleurgebruik waant men zich, als men de andere toeristen wegdenkt, even in het verleden. Even stelt men zich dan voor dat men aan een van de beide kanten van de balie staat en een praatje maakt dat sommige hedendaagse mensen exotisch in de oren zou klinken en toch ook vertrouwd. The past is a foreign country, is de titel van een klassiek boek over erfgoed. Het bijzondere van de nagebootste bedrijvigheid in Enkhuizen is dat wat je ziet zowel herkenbaar als vreemd is. Je bent doordrongen van het besef dat je een bezoek brengt aan je eigen voortijd als cultuurgroep. Nederlanders staan bekend om hun handelszucht en het is dan ook niet meer dan logisch dat er in het Zuiderzeemuseum veel aandacht voor is.




Conclusie

Het Zuiderzeemuseum is pittoresk in die zin dat de soms grillige schoonheid van een afgesloten vroeger wordt verbeeld, met charmante straatjes en bedrijvigheid uit ´vroeger tijden´. Ook het gegeven dat het leven zich afspeelt aan het water is belangrijk. In zekere zin symboliseert wat men in Enkhuizen waarneemt het verleden van heel Nederland, als een een soort ideaaltype van leven aan de zee, met handel en visserij. Voor een buitenlandse bezoeker is het museum een goede locatie om kennis te maken met het verleden van ons land, voor de Nederlander zelf vormt het getoonde een deel van zijn of haar historische identiteit.

Het verleden wordt op een eerlijke manier getoond, zodat de hardheid van het bestaan niet verborgen blijft voor de bezoeker. Toch wordt er ook een romantisch beeld van vroeger opgeroepen. Het leven was ook destijds niet makkelijk, denkt de bezoeker mogelijk, maar er gaat een bekoring uit van wat ik waarneem.

Men zou wat wordt ervaren in Enkhuizen onder de noemer ´nostalgische sensatie´ kunnen plaatsen, een begrip vergelijkbaar met de ´historische sensatie´ van de historicus Huizinga, een gevoeld contact met het verleden, als gevolg van het in aanraking komen met iets, een object, klank of geur, uit het verleden. Het verschil tussen de twee begrippen zit ´m in het actieve en kunstmatige van de nostalgische sensatie. Deze laatste wordt vaak bewust opgeroepen, niet passief ondergaan op momenten dat men er door wordt overvallen. De prikkels die deze nostalgische sensatie oproepen zijn geschapen om een bepaald effect bij de waarnemer op te roepen. In het Zuiderzeemuseum is het getoonde zowel echt als onecht. De gevels en interieurs zijn echt afkomstig uit het Zuiderzeegebied van weleer, maar ze zijn in een nieuwe context geplaatst, binnen een bewuste museale strategie. De schikking van het overgeleverde roept een nostalgische sensatie op bij de bezoeker die zich bewust naar de locatie heeft begeven. Hij of zij wordt er dus niet geheel onverwachts door overvallen, al zullen mensen met een rijke fantasie zich mogelijk even, ondanks de kennis van de museale strategie, echt in een andere tijd wanen. Er is op een locatie als deze niet alleen sprake van emotie over het verleden, maar ook van reflectie aangaande de tijd die achter ons ligt. Men denkt als men door deze straatjes loopt na over het verleden van ons land en over wat er verloren is gegaan, maar ook wat er gewonnen is sindsdien. De nostalgische sensatie is in zekere zin interessanter dan de historische sensatie, omdat de eerste veel complexer is en daarom een rijker fenomeen, dat niet alleen oproept tot voelen, maar ook tot overpeinzingen over identiteit, het verleden en over al diegenen die voor ons geleefd hebben.


Foto's: Maria Rieter-Dekeling







Tag Cloud
bottom of page